Eerst geeft de senatrice enkele cijfers van fietsdoden in het jaar 2007. Betreffende de jaren 2003 tot 2007 is de conclusie:
- Hoe past dit wetsvoorstel in de bestaande reglementering? De wetgever heeft reeds volgende verplichtingen opgelegd om de zichtbaarheid
van de fietser te verbeteren:
- een witte reflector vooraan
- een rode reflector achteraan
- twee gele of oranje reflectoren per wiel ofwel een reflecterende witte strook langs beide kanten van de banden of beide samen.
- gele of oranje pedaalreflectoren
- een wit of geel voorlicht, bevestigd op de fiets of op je lichaam
- een rood achterlicht, bevestigd op de fiets of op je lichaam.
Het is merkwaardig dat bij de verdediging van het wetsvoorstel niet wordt ingehaakt op de bestaande reglementering. Moet
in de eerste plaats niet gemaakt worden dat de huidige reglementering wordt nageleefd vooraleer een nieuwe wetgeving wordt ingevoerd?
Hiervoor bestaan verscheidene mogelijkheden: geregelde campagnes, veelvuldige controle, ...
De mobiliteitsorganisatie
Touring
heeft een onderzoek verricht naar de verlichting bij fietsen. Vastgesteld
werd dat 3 op de 10 fietsers zonder licht reed!! Het hoeft niet gezegd dat dit levensgevaarlijk is.
"Ook fietsers en zelfs voetgangers doen er goed aan om zichtbaar te zijn. Zij zijn immers nog veel kwetsbaarder in het
verkeer en met donkere kledij zijn ze nauwelijks zichtbaar". Goede fietspaden en alerte autobestuurders volstaan echt niet
om de veiligheid van fietsers te garanderen, aldus Touring.
Rijden zonder fietslicht is een overtreding van de eerste graad en wordt gesanctioneerd met een minimumboete van 50 € met
onmiddellijke inning.
- Een persoon met donkere kledij wordt in de dimlichten van een aankomende auto gezien tot op 20 m, met heldere
kledij tot op 50 m en met reflecterend materiaal zelfs tot op 150 m. Dit argument geldt in de eerste plaats
voor voetgangers die het moeten stellen zonder verlichting of reflectoren. Hierdoor suggereert de auteur van dit wetsvoorstel
ten onrechte dat de fietser eigenlijk niet zichtbaar is in het verkeer. Volgens de technische voorschriften moet het rode achterlicht van een fietser bij helder weer 's nachts zichtbaar zijn van op
een afstand van 100 m minimum. Ook de reflectoren aan de bewegende pedalen trekken reeds op relatief grote afstand de aandacht van
de automobilist.
- De term "zwakke weggebruikers" wordt in het wetsvoorstel uiteindelijk verengd tot de fietser zonder verder te spreken
over de voetganger. Waarom?
- De verplichting voor kinderen van het basisonderwijs om met een fluohesje naar school te komen is goed te begrijpen omdat
ze met hun kleinere gestalte meer risico lopen om niet gezien te worden.
- Sedert wanneer is het fietsbeleid in Frankrijk de norm voor Vlaanderen? Frankrijk is helemaal geen fietsland!
Het gemiddeld aantal afgelegde km per fiets per jaar bedraagt er minder dan 100! Daarenboven zijn veel secundaire wegen in
Frankrijk helemaal niet verlicht, wat in Vlaanderen weinig voorkomt. Dat de senatrice het fietsbeleid van Frankrijk naar
Vlaanderen wil kopiëren is hoogst eigenaardig.
- Er wordt verondersteld dat fluokledij, door de grotere zichtbaarheid, tot minder ongevallen zal leiden. Is dit zo? Is de
aard van de ongevallen zodanig dat wie een fluohesje draagt, minder kans maakt om in een ongeval betrokken te raken? Om hierop
een antwoord te kunnen geven, moeten we de omstandigheden kennen van de fietsongevallen waarbij ook de toestand van het fietspad
een rol speelt. Momenteel zijn er onvoldoende accidentologische gegevens opgeslagen om hierin uitsluitsel te kunnen geven.
- Het dragen van een fluohesje is geen garantie op veiligheid. Op 12 augustus 2009 werd in Grembergen een 30-jarige vrouw op
het fietspad aangereden door een dronken chauffeur. Ze had nochtans een fluohesje aan... Er zijn een aantal situaties die
niet veel zullen veranderen aan het aantal slachtoffers bij fietsers, zelfs indien ze een fluohesje dragen:
- automobilisten die rijden met overdreven snelheid of die de controle over hun stuur verliezen;
- chauffeurs onder invloed van alcohol of drugs;
- een dode hoek bij vrachtwagens.
Nieuw : Staatssecretaris voor mobiliteit Etienne Schouppe wil kleuters en lagere schoolkinderen verplichten om fluo te dragen tussen 16 u en 9 u
en dit van 1 oktober tot einde maart. Mede door deze maatregel wil hij het aantal doden per miljoen inwoners in België verminderen.
Men weet dat België moeilijk zal kunnen voldoen aan de streefcijfers van 750 verkeersdoden einde dit jaar en 500 in 2015.
In 2008 waren er nog 944 verkeersdoden.(Bron: 'de Zondag', 31 januari 2010)
- Er wordt aangehaald dat het maatschappelijk draagvlak om te komen tot een verplichting tot het dragen van een fluohesje
de jongste jaren sterk gegroeid is. Toch wordt toegegeven dat adolescenten zich afzetten tegen "kinderlijk" gedrag en
een fluohesje nauwelijks dragen. Over een onderzoek betreffende het maatschappelijk draagvlak bij volwassenen wordt niet
gesproken, waarschijnlijk omdat dit niet voorhanden is. Toch wordt hier doorgedrukt dat een fluohesje voor alle volwassenen fietsers verplicht
moet worden omdat fietsers boven de 60 jaar een verhoogd risico lopen op een ongeval. Op de oorzaken van het hoger aantal
ongevallen bij oudere fietsers, nl. hun grotere fysieke kwetsbaarheid (zie Themarapport fietsers, BIVV (2009)), wordt niet ingegaan.
- Dat het maatschappelijk draagvlak groter wordt, moet worden genuanceerd.
- De Staten-generaal van de verkeersveiligheid schreef in haar dossier "Kwetsbare Weggebruikers" op 12 maart 2007:
Verwijzend naar het recht op mobiliteit van de zwakke weggebruikers, verzet de werkgroep zich evenwel tegen bvb.
verplichte fluohesjes voor fietsers en voetgangers omdat dit te ver gaat en het indruist tegen een beleid van duurzame
mobiliteit dat het stappen en trappen wil bevorderen en de leefbaarheid van de (groot)steden wil bevorderen.
- Ook de Fietsersbond (Belgïe) vraagt hierover een grondiger studie.(In Draagt u fluo op de fiets?, De Standaard,
23 oktober 2009. Het standpunt van de Fietsersbond is hier te lezen.)
Afgelopen zomer werden minstens 22 fietsers doodgereden. De meeste ongevallen gebeurden overdag, op klaarlichte dag.
Het ging meestal om aanrijdingen met landbouwvoertuigen en met dronken bestuurders. Een fluojasje zou in die gevallen geen
verschil hebben gemaakt. Ook dodehoekongevallen kan een fluojasje niet vermijden.
- Katrien Crispeyn, woordvoerster van de Vlaamse Jeugdraad in Knack, 28 oktober 2009
Een verbod werkt vaak het tegengestelde gedrag in de hand. Jongeren vinden het dragen van fluokleding niet cool, wel
integendeel.
- Humo, 22 december 2009, p. 13
Slechts 21% van de jongeren tussen twaalf en achttien jaar draagt het fluohesje. Twintig procent is voorstander om
de fietshelm en fluokledij te verplichten.
- Slotbemerkingen:
- Kledij is heel persoonlijk en tijdsgebonden. De overheid moet zich hoeden om daarin tussen te komen. Overreding is veel
duurzamer dan een verplichting.
- In Frankrijk kost een inbreuk op de nieuwe maatregel voor fietsers 35 euro (en 22 euro indien de boete binnen een bepaalde tijdspanne
wordt vereffend).
- In België zou de invoering van de verplichting volgens het wetsvoorstel van Sabine de Bethune nog strenger zijn dan in Frankrijk gezien
in haar voorstel geen sprake is van een uitzondering voor de bebouwde kom. Gaan we binnenkort een fluohesje moeten aantrekken als we bij intredende
duisternis nog vlug eens per fiets in de verlichte straten van de stad naar de bakker willen gaan?
- Het is een bijkomende zorg om altijd dat kledingsstuk bij zich te hebben waarmee men in veel situaties
geen blijf weet. Men riskeert te voet naar huis te moeten gaan bij verlies van het vestje of omdat men niet voorzien was op
het terugrijden naar huis bij valavond. Of men zal verkiezen verwanten op te bellen om met de auto terug te keren boven het
riskeren van een boete. Het is niet voor niets dat de vroegere wetgeving reflectoren vast liet aanbrengen aan de fiets
en niet op kledij die men dan altijd bij zich moet hebben.
- De fluokledij is niet aangepast aan elke situatie:
- Bij regenweer draagt een fietser een cape die alles bedekt.
- Veel schoolgaande fietsers dragen een rugzakje boven hun fluokledij. Daardoor is de zichtbaarheid van het fluohesje tot
haast niets herleid.
- Wat met een ouder die een kind achteraan vervoert in een kinderzitje?
- Bij goedkeuring van het wetsvoorstel is er een reële kans dat veel fietsers gaan afhaken en niet meer gaan fietsen
vanaf valavond. Het gevolg is meer autoverkeer en dus meer fijn stof.
- De signaalfunctie van veiligheidskledij moet gevrijwaard blijven. Daarom moet het dragen van veiligheidskledij beperkt blijven tot
bepaalde doelgroepen:
- kinderen die door hun kleine gestalte niet opvallen,
- gemachtigde opzichters die het verkeer regelen,
- politiemensen en pompiers die zich (te midden op de weg) gevaarlijk gaan
- automobilisten die zich op de pechstrook van een autosnelweg bevinden, ...
Indien men elke fietser zal verplichten veiligheidskledij te dragen, valt de signaalfunctie ervan weg, die de mensen moet
attent maken op een onveilige en gevaarlijke situatie.
- Het lijkt erop dat de senatrice alle volwassenen fietsers (boetes) wil laten betalen om de jongeren toch maar te kunnen verplichten
een veiligheidsvestje te dragen. Hopelijk is dit niet het geval.
- De rechter zal een deel van de verantwoordelijkheid bij een ongeval kunnen doorschuiven naar de fietser indien die 's nachts
zijn veiligheidshesje niet aan had, zelfs indien voor de rest de fietser reglementair in orde was en hij in zijn recht was.
- Het dragen van fluokleding mag voor fietsers zeker geen aanleiding zijn tot meer nonchalant rijgedrag. Fluorescerende
kleding is geen garantie dat alle automobilisten u met hoffelijkheid zullen benaderen. Blijf steeds de defensieve
rijstijl toepassen!
- De verplichte veiligheidskledij verandert niets aan de schrijnende toestand van bepaalde fietspaden en de grote onveiligheid op
de weg. Volgende maatregelen laten al jaren op zich wachten:
- veilige fietsroutes van en naar school en het versneld aanleggen van vrijliggende fietspaden.
- wegwerken van hobbels, kuilen en scheuren in het fietspad.
- scheiden van snelle (autoverkeer) en trage (voetgangers en fietsers) verkeersstromen.
- publieke sensibilisatie rond het voorkomen van dodehoekongevallen
- halen Europese normen betreffende het fijn stof
- De fluorescerende kleuren van de veiligheidskledij komen overdag tot hun recht (onder invloed van
de ultraviolette straling) terwijl de reflecterende banden 's nachts
sterk opvallen en ook de voetganger zichtbaar maken vanop een afstand van 150 m, ongeveer even ver als een fietser met licht en
reflectoren op de fiets. Reflecterende strips die overal kunnen opgekleefd worden (rugzak, kinderzitje, ...), hebben bij beperkte
zichtbaarheid een heel gunstig effect. Hier stelt zich dan ook de vraag: Waarom worden in de argumentatie van het wetsontwerp
die felle kleuren zo sterk benadrukt
terwijl het juist die kleuren zijn die zoveel ergernis opwekken en in een donkere omgeving (zonder de UV-straling) niet tot een significant betere
zichtbaarheid leiden. Het zijn uitsluitend de fietslichten, de reflectoren en de bijkomende reflecterende stroken
die bij duisternis op een ruime afstand de automobilist waarschuwen voor de aanwezigheid van een fietser.
Momenteel is er geen voldoende basis tot het verplichten van veiligheidskledij of reflecterende strips voor iedere
fietser bij nacht. Daarenboven zijn de mogelijkheden
van reflecterende stroken in het wetsontwerp niet geëxpliciteerd.
Alternatief
Het is duidelijk dat voortdurende sensibilisatie nodig is van de zwakke weggebruikers (fietsers én voetgangers) om
hen te wijzen op de gevaren van het verkeer. Dit bekomt men niet door het invoeren van een algemene maatregel zolang er geen
breed maatschappelijk draagvlak aanwezig is. De verplichting van de veiligheidskledij voor fietsers lost trouwens heel weinig
problemen op. Volgende stappen zie ik dan ook als meer vanzelfsprekend dan een algemene verplichting:
- Door fluokledij te promoten (niet verplichten) wordt de fietser gewezen op de gevaren van onvoldoende zichtbaarheid op de weg, wat een goede
zaak is.
- Heldere kledij, zonder dat het fluo moet zijn, valt reeds heel goed op in de lichten van de auto's.
- Reflecterende stroken kunnen aangebracht worden op rugzak, kinderzitje, fietszakken, enz. Hierbij is enige creativiteit
meer dan gewenst. Nu reeds draagt één op drie extra reflectoren (Humo, 22 december 2009, p. 13). Kunnen de fabrikanten
niet aangesproken worden om meer van deze artikelen van reflecterende stroken te voorzien?
- Momenteel is er weinig gewone kledij in de handel met reflecterende stroken. Wie zich een vestje met reflecterende stroken
wil aanschaffen, kan nu niet anders dan een fluohesje te kopen. Hier kan verandering in komen.
- Kan niet overwogen worden dat wie een nieuwe cape koopt met reflecterende stroken om zich tegen de regen te beschermen, hiervoor
een premie krijgt?
- Wie, gekleed met een veiligheidshesje, in het donker zijn arm uitsteekt om af te slaan, mag niet altijd verwachten dat die beweging
wordt opgemerkt door de automobilisten. De courante veiligheidskledij voor fietsers is immers zonder mouwen. Daarom zijn reflecterende
armbanden aangewezen voor wie 's nachts wil fietsen.
Dergelijke vertrouwenwekkende maatregelen zijn honderd keer beter voor een samenleving dan een verplichting die van de
ene dag op de andere aan de fietser door een overheid wordt opgelegd.
Enkele discussiefora:
Lezersbrief: Geen enkel empirisch onderzoek bevestigt dan ook de meerwaarde voor de veiligheid van het fluohesje. (Volledige
brief van Willy Haegeman in Knack, 18 november 2009, p. 137)
Laatst gewijzigd op 31 januari 2010